text, no JavaScript Log in  Deze pagina in het NederlandsDiese Seite auf DeutschThis page in EnglishCette page en FrançaisEsta página em Portuguêsnaar boventerug

Mensen | Gebeurtenissen/ Achtergronden | Verzetsgroepen | Steden & Dorpen | Concentratiekampen | Valkenburg 1940-1945 |

vorigeterug Indexvolgende

De april-mei-stakingen 1943

Bekendmaking van de „Hoogere SS- en Politieleider“ van de provincies Limburg en Noord-Brabant over de doodvonnissen in verband met de mijnstaking.
Op 1 juli 1946 werd in Wellerlooi (gemeente Bergen) op de Wellse Heide (nu het natuurgebied Landgoed de Hamert) een graf met zeven lichamen ontdekt. Daar staat een eikenhouten kruis op een muur van rode baksteen, het verzetsmonument, als blijvende herinnering aan de zeven verzetsstrijders Han Boogerd, Bob Bouman, Leendert Brouwer, Pieter Ruyters, Reinier Savelsberg, Meindert Tempelaars en Servaas Toussaint, gefusilleerd i.v.m. de staking 1943.
Zij staan voor de vele stakers, gesneuveld of niet, die voor altijd anonym zullen blijven.
In de mijnstreek werd die staking de mijnstaking genoemd. De eigenlijke mijnstreek ging van Geleen tot Kerkrade, maar ook daarbuiten, bijvoorbeeld in Valkenburg, woonde een niet onaanzienlijk aantal mijnwerkers. In Maastricht ging de staking uit van kantoorpersoneel van de overheid en later ook van de banken. Toen de medewerkers van de PTT ook wilden staken, dwongen de aanwezige NSB-ers ze met allerlei dreigementen, door te werken. Onmiddellijk ontstonden voor alle loketten lange rijen van mensen, die één postzegel van 1 cent wilden kopen. Zo werd de post toch gedwongen te staken. Ook de fabieken sloten zich aan.
Er was in het begin een feeststemming. Men stroomde de cafés in en vermoedde niet (of wilde er niet aan denken) dat de bezetters dit natuurlijk niet zouden dulden en dat er slachtoffers zouden vallen. Door deze gebeurtenissen werd duidelijk: de pogingen, de Nederlanders te strikken met de status van „arisch broedervolk“ waren mislukt.
De mijnstaking maakte deel uit van de April-Mei-stakingen in 1943. De achtergrond was de door de bezetters geplande terugvoering van de Nederlandse militairen in krijgsgevangenschap, om ze in de Duitse oorlogsindustrie te werk te stellen. Zij waren de overgang naar een meer massaal verzet in het hele land, ook in Limburg. Ook al was de staking met harde hand onderdrukt, toch (of misschien juist daarom) kregen nu de verzetsorganisaties meer toeloop. De tijd van de zoete broodjes was voorbij. Maar voor een groot deel van de Nederlandse joden was het al te laat. :(

Album : Verzet

zoom 100%