|
|
|
|
|
Limburg 1940-1945,
Hoofdmenu
Mathieu Speetjens was oorspronkelijk bakker [1#22], later bedrijfstoezichthouder bij de overheidsinstelling LCO ofwel Landbouwcrisisorganisatie [1#1] en hulpverlener aan joden. [2]
De gemeente Margraten schreef in een antwoordformulier aan de OGS:
Betrokkene was werkzaam bij de illegale groep Heer (L.) [1#2]
Op stolpersteine.app/nl/ lezen we, dat hij boerenknecht was. Dat was waarschijnlijk een andere fase in zijn leven. Daar staat bovendien:
Woonachtig aan ’t Rooth in Margraten, deed hij samen met zijn twee broers klussen voor de Belgische verzetsgroep de Witte Bende. Hij bracht onderduikers naar hun geheime, nieuwe adressen en zorgde voor valse voedselbonnen. In juli 1944 werd hij gevangen genomen tijdens een bijeenkomst met de groep in Maastricht. Hij kwam om het leven in Mauthausen. Na de oorlog bouwden zijn ouders een altaartje aan ’t Rooth en kreeg hij ‘postuum’ nog een dochter. [3]
Cammaert schrijft in zijn hoofdstuk over de L.O., dat hij in juli 1944 door de SD in Heer is gearresteerd door het verraad van hoofdwachtmeester van politie, A.B. Reuten. [2]
Een broer kreeg op 13 december 1961 van het Franse Ministère des Anciens Combattants et Victimes de Guerre (Ministerie voor Oudstrijders en Oologsslachtoffers) een brief waarin stond:
arriveerde in Mauthausen op 16 februari 1945, komend vanuit Sachsenhausen, ingeschreven onder het nummer 130.158, overleden op 5-3-1945 in het Sanitätslager (kamp ziekenboeg) [1#22]
De OGS deelde hem mee, dat zijn stoffelijk overschot waarschijnlijk is bijgezet het grote massagraf achter het kamp, hetwelk 12000 doden bevat. Dit massagraf is door de Franse missie niet geopend. [1#23]
Joannes Hubertus Matheus ( Mathieu ) Speetjens staat op de Erelijst 1940-1945 van de Staten-Generaal. [4]
Voetnoten