|
|
|
|
|
Limburg 1940-1945,
Hoofdmenu
Louis Arts was leerling-stucadoor. Hij werkte als dwangarbeider op een boerderij in Duitsland en maakte daarvan gebruik door andere dwangarbeiders over de nabij gelegen grens te helpen. Dat deed hij buiten georganiseerd verband. In Augustus 1944 bleef hij na zijn verlof thuis en ging door de linies naar Son bij Eindhoven, waar Amerikaanse parachutisten waren geland en werd soldaat gemaakt. Hij maakte zo de bevrijding van Eindhoven mee, maar werd daarna voor inlichtingenwerk ingezet en in burger door de frontlijn gestuurd. Hij werd twee keer gearresteerd. De eerste keer kon hij zich met behulp van een smoesje eruit kletsen.
Bron: Artikel in het weekblad Peel en Maas van 13 juli 1946, afgebeeld bij de OGS. [1]
Hier volgen twee citaten over het einde van Louis Arts.
Het eerste is afkomstig van het Dodenboek van de gemeente Venlo, eveneens afgebeeld bij de OGS. [1]
Lodewijk (Louis) Peter Antonius Arts, 19 jaar, wonende Kruitweg 17 te Venray, werd op woensdag 4 Oktober 1944 te Venlo op de Lichtenberg door Duitse militairen doodgeschoten (aktenr.278/1946). [1.1]
Laatste rustplaats op de algemene begraafplaats te Venray, vak O-68-69 [6].
De 19 jarige Lodewijk Arts uit Venray had onmiddellijk na de bevrijding te Helmond het khaki der Amerikanen aangetrokken. Zijn chefs beschikten echter anders: in burger werd hij door de vijandelijke linies gezonden, om inlichtingen te verzamelen over de Duitsche posities. Was hij in gezelschap van Leendert de Geus [2], toen onverwacht de Duitschers hun ’Halt!’ toeriepen? Toen Leendert de Geus zijn laatste vergeefsche vlucht begon naar het schip van Klaas de Jong, lag de jongen Arts te verbloeden op de keien van den Lichtenberg. [1.2]
Het tweede citaat komt uit Het verborgen front [3] en gaat over 4 oktober 1944.
Met de komst van de SiPo naar Venlo, eind september, werd de sfeer zo mogelijk nóg grimmiger. Begin oktober droeg de Feldgendarmerie twee jongemannen van 19 en 25 jaar aan de SiPo over. Het betrof L. de Geus uit Overloon en L.P.A. Arts uit Venray, die bij hun aanhouding wapens bij zich droegen. Ze werden beschuldigd van spionage. Strobel gaf opdracht de twee aan de Maas te executeren. Duitse soldaten, die zich in de buurt van de Maaskade bevonden, hoorden de schoten en openden het vuur, maar ze konden in de duisternis niet onderscheiden op wie ze schoten. De Sipo-leden Nitsch, Fiebig en H.E.L.F. Hoffmann zochten onmiddellijk dekking, een dode Arts en een zwaargewonde De Geus achterlatend. [3]
Zie ook het kaartje op Roermond, winter 1944-1945 ofwel Het verdriet van Roermond. [4]
Zijn naam staat op het Oorlogsmonument Venray. [5]
Voetnoten