|
|
|
|
|
Mensen | Gebeurtenissen/ Achtergronden | Verzetsgroepen | Steden & Dorpen | Concentratiekampen | Valkenburg 1940-1945 | Lessen uit het verzet |
Jules Goffin was geen verzetsman in Limburg (NL), maar stond met het Limburgs verzet in intensief contact en komt daarom ook voor op deze lijst.
Tijdens zijn studie tijdens de Eerste Wereldoorlog werd hij in 1915 gerekruteerd door de geheime diensten. Hij werd in 1918 gearresteerd bij café Phare in Luik door de Duitse militaire politie. Hij kwam vrij na de overwinning van de geallieerden. [7]
Vanaf 1925 huisarts in ’s-Gravenvoeren. [1]
Hij werd in 1940 lid van het verzetsnetwerk Clarence [2]. Hij werd de plaatselijke leider van dat netwerk, waarvoor hij talloze inlichtingen verzamelde, onder meer over bewegingen op de spoorwegen.
De onderstaande tekst is een uittreksel van La résistance durant la guerre 1940-1945 du côté de Visé. [3]
Na de Eerste Wereldoorlog, in 1920, studeerde Jules Goffin geneeskunde in Leuven. Vijf jaar later, met zijn diploma in de zak, begon hij zijn artsenpraktijk in ’s-Gravenvoeren. Hij praktiseerde in de regio en in verschillende Nederlandse dorpen langs de grens. Op 10 mei 1940 evacueerde hij met zijn vier kinderen naar Frankrijk omdat de Duitsers hem zochten, aangezien hij al in het verzet had gezeten tijdens de Eerste Wereldoorlog. Na een maand in de dorpen Salvat-sur-Agout en Clermont-l’Hérault te hebben doorgebracht, keerde hij met zijn gezin terug naar Voeren, waar hij opnieuw zijn beroep als arts en apotheker uitoefende. Hij hernieuwde ook zijn contact met Walter Dewé. Ze richtten een verzetsgroep op met de naam „Service Clarence“. Het belangrijkste doel van die dienst was om zoveel mogelijk informatie te verzamelen over de Duitse transporten per spoor, zoals het aantal voertuigen dat werd vervoerd: tanks, vrachtwagens, artilleriestukken, troepen die werden vervoerd, maar ook het identificeren van de insignes van de eenheden die op weg waren naar het front.
…
Dewé en Goffin rekruteerden spoorwegmensen zoals Jean Vanwissen, adjunct-stationschef in Visé; Henri Syben, seinhuiswachter in Visé-Haut; en Henri Straet, seinhuiswachter in Sint-Martensvoeren. Het waren niet allemaal spoorwegbeambten! Onder hen bevonden zich Theo Brentjens, commandant van de rijkswacht in Sint-Martensvoeren, kapelaan Van den Dungen en Alfons Smeets uit Eijsden, mevrouw Mariette, winkelierster in de rue du Pont in Visé, vader en zoon Demain, quai du Halage in Visé…
Als gevolg van Hannibalspiel werd hij gearresteerd op 15 oktober 1942 en opgesloten in de gevangenis van Saint-Léonard. [4]
Hij en de andere slachtffers van het Hannibalspiel belandden in kamp Vught, werden in Utrecht ter dood veroordeeld en terechtgesteld op de fusilladeplaats van het Fort Rhijnauwen in Bunnik. [5]
De slachtoffers van het Hannibalspiel worden op deze site tot de groep Erkens gerekend, in navolging van de gedenksteen in Fort Rhijnauwen, waar zij werden doodgeschoten. Eigenlijk hoorde vooral Jules Goffin meer bij Clarence.
Zie daarover ook het zeer lezenswaardige boek van Paul De Jongh over het grensoverschrijdend verzet tussen het zuiden van Nederlands Limburg en het noorden van de Belgische provincie Luik, dat natuurlijk in twee talen is verschenen. [6]
Jules Goffin is begraven op het kerkhof van ’s Gravenvoeren.
Voetnoten